Schil de knolselderij en snijd hem in kleine blokjes.
Schil de appels, verwijder de klokhuizen en snijd het vruchtvlees in stukjes.
Verhit 40 gr boter en fruit de uitjes.
Voeg de knolselderij, de appel, het citroensap en de bouillon toe en laat koken tot het vocht is verdampt.
Voeg de slagroom toe, breng het snel weer aan de kook, neem de pan dan van het vuur en pureer het geheel in een keukenmachine of blender.
Klop de rest van de koude boter er vlokje voor vlokje door.
Breng de puree met de suiker en zout op smaak en schep de stijfgeslagen slagroom erdoor.
U kunt deze puree gemakkelijk verwerken met een spuitzak met grove spuitmond.