Doe de bloem in een deegkom en meng hem met de gist, de melk en de boter.
Kneed dit even, doe er dan het zout bij en kneed tot een soepel deeg ontstaat. Doe er eventueel nog wat melk of bloem bij.
Dek de kom af met een vochtige doek, en laat bij kamertemperatuur ± 15 minuten rijzen tot tweemaal de omvang.
Bak de kool met de ui en het zaad omscheppend in de boter tot het rauwe eraf is (laat niet kleuren) en laat afkoelen.
Meng dit met flink peper, zout en het dillegroen.
Kook de eieren 10 minuten, laat ze schrikken, pel ze en hak ze klein.
Meng ze voorzichtig met de kool.
Rol het gerezen deeg op een werkvlak met bloem uit tot twee lappen van ± 40 x 25 cm.
Leg één ervan op de bakplaat, bedek hem met het koolmengsel, maar laat daarbij een randje vrij.
Schulp dat randje met wijsvinger en duim mooi uit.
Bedek de kool met de tweede lap en bestrijk die met ei.
Klop het schulprandje erover en druk het met een vinger aan.
Prik de bovenkant vele malen met een vork in en bak de pirog op de middelste richel een halfuur bij 200°C.
Geef er de room en een biertje bij.