Maak de venkel schoon, verwijder het groen (houd desgewenst apart voor de garnering) en een plakje van de onderkant en snijd de knollen in partjes.
Kook de venkel in een bodempje water met zout 10 minuten en giet af.
Bestrooi de kipfilets met peper en zout en wrijf ze rondom in met de kerriepoeder.
Verhit de helft van de olie en bak de kipfilets goudbruin en gaar.
Leg de venkel in een lage ovenschaal, bestrooi met de pizzakaas en peper naar smaak en gratineer er in een voorverwarmde oven (200 ºC) een goudbruin korstje op.
Bak de krieltjes in de rest van de olie knapperig gaar.
Serveer de gegratineerde venkel met de kruidige kipfilet en gebakken krieltjes.