Verwarm de oven voor op 200 ºC.

Boen één sinaasappel schoon en trek met een citrustrekker dunne reepjes schil van de sinaasappel of rasp de schil grof.

Schil alle sinaasappels dik om de vliesjes te verwijderen.

Snijd de sinaasappels in vier dikke plakken en leg ze dakpansgewijs in een ingevette ovenschaal.

Breng in een steelpan met dikke bodem de suiker met 2 eetlepels water aan de kook.

Laat de suiker op matig vuur smelten en lichtbruin worden zonder te roeren (= karameliseren).

Schenk de karamelstroop voorzichtig over de sinaasappels in de ovenschaal.

Zet de schaal in het midden van de oven en bak de sinaasappels 15 minuten.

Breng in een andere steelpan het sinaasappelsap met de sinaasappelschilletjes en vanillesuiker zachtjes aan de kook.

Roer de maïzena los met de Campari en roer dit door het sap tot het een dikke saus wordt.

Verwarm de saus nog even zodat het bindt en laat het vervolgens afkoelen.

Haal de sinaasappels uit de oven en zet ze op een koele plek (niet in de koelkast).

Verwarm de saus opnieuw.

Verdeel de sinaasappelplakken over vier borden, schenk de saus erover en ernaast.

Schep op elk bord een eetlepel crème fraîche.

Garneer eventueel met blaadjes munt.