Boen 2 sinaasappels schoon en rasp de schil zeer fijn.
Klop in een grote kom 350 g zachte boter, 400 g basterdsuiker en de vanillesuiker met een mixer 8-10 minuten tot het mengsel licht en romig is.
Voeg één voor één de eieren toe en klop ze goed door het mengsel.
Voeg daarna de zure room, sinaasappelsap en de helft van de sinaasappelrasp toe.
Mix nog enkele minuten goed door.
Spatel als laatste het zelfrijzend bakmeel door het mengsel.
Verdeel het beslag over 2 ingevette springvormen en bak de taartbodems in het midden van de oven in 45-55 minuten lichtbruin en gaar.
Mix intussen 250 g zachte boter met 150 g basterdsuiker en de resterende sinaasappelrasp tot een crème.
Laat deze in de koelkast opstijven.
Snijd de overgebleven 2 sinaasappels in zeer dunne plakjes.
Breng in een koekenpan 200 g basterdsuiker met 250 ml water aan de kook en roer tot de suiker is opgelost.
Voeg de sinaasappelschijfjes toe en laat ze 20 minuten zachtjes koken, tot ze doorzichtig zijn en de schil zacht is.
Laat de taartbodems afkoelen op een rooster en verwijder daarna de springvorm.
Snijd de taartbodems aan de bovenkant recht.
Leg een taartbodem op een taartschaal en besmeer deze met de crème.
Leg de tweede taartbodem erop en druk het geheel iets aan.
Bestrijk de bovenkant en zijkanten van de taart met de rest van de crème.
Garneer de taart met de uitgelekte sinaasappelschijfjes.
Notities / Tips / Wijnadvies
Deze taart bestaat eigenlijk uit twee taarten, wat zorgt voor een feestelijke uitstraling.Je kunt van de helft van het beslag ook één taartbodem bakken. Halveer deze met een lang gekarteld mes en werk de taart dan af met de helft van de crème.