• Verwarm de oven voor op 200 °C.
• Rooster de geschaafde amandelen goudbruin in een droge koekenpan.
• Leg de ontdooide plakjes bladerdeeg op een ingevette bakplaat.
• Bestrijk de randen van het bladerdeeg met water en vouw ze 2 cm om, zodat er een dikkere rand ontstaat.
• Maak inkepingen in de rand met een mes of druk er tanden van een vork in.
• Strooi de kristalsuiker in het midden van het bladerdeeg.
• Snijd de pruimen in vieren en verwijder de pitten.
• Leg de stukjes pruim met de bolle kant omhoog op het bladerdeeg.
• Bak de taartjes in het midden van de oven ongeveer 20 minuten, tot ze goudbruin en gaar zijn.
• Bestrijk de bovenkant van de taartjes direct na het bakken royaal met abrikozenjam voor een mooie glans.
• Strooi de geroosterde amandelen eroverheen en laat de taartjes afkoelen tot ze lauwwarm of koud zijn.

Serveren:

• Serveer de pruimentaartjes met losgeroerde, ongezoete crème fraîche