Zet de abrikozen een nacht te weken in ruim warm water.

Breng het weekvocht aan de kook met de in plakjes gesneden citroen en het kardamompoeder, voeg de abrikozen toe, let op dat ze goed onder staan, draai het vuur laag en laat ze circa 30 minuten pocheren tot ze hun oorspronkelijke formaat hebben.

Laat ze in het pocheervocht afkoelen.

Roer de verbrokkelde geitenkaas glad met de yoghurt (of meng in de foodprocessor).

Meng er wat peper door.

Laat de abrikozen op keukenpapier uitlekken.

Maak de abrikozen voorzichtig open zodat de twee helften nog aan elkaar blijven zitten en schep er een lepeltje van de kaasvulling in.

Stop een amandel als pit in het midden en breng de abrikozen terug in model.

Zet de abrikozen een uurtje in de koelkast om de vulling op te laten stijven en laat ze voor het serveren op kamertemperatuur komen.