Breng de schoongemaakte en kleingesneden soepgroenten samen met het spek en de kip in ± 2 liter water aan de kook.
Voeg er vervolgens de in plakjes gesneden bieten, de peper en het laurierblad aan toe en trek hiervan in ± 1/2 uur een bouillon.
Kook de gedroogde paddestoelen in een apart pannetje in ± 1/4 liter water in ± 15 minuten gaar.
Giet zowel de bouillon van de groenten en vlees als het kooknat van de paddestoelen door een zeef en roer beide afkooksels door elkaar.
Voeg aan dit mengsel het bietenzuur toe.
Verwarm de soep tot bijna aan de kook, maar laat niet koken, want dan verliest de soep kleur!.
Voeg er tenslotte naar smaak wat zout, suiker, een uitgeperst teentje knoflook en citroensap aan toe.
Deze bieten soep wordt traditioneel opgediend met uszka (oortjes), gevuld en in vorm gevouwen deeg, maar u kunt er ook gevulde pasteitjes van bladerdeeg of soepstengels bij serveren.