Fruit het fijn gesnipperd sjalotje in wat boter, roer er de bloem bij en laat pruttelen.
Roer er bouillon door en laat die opnemen.
Voeg de rest van de bouillon in delen toe.
Klop de eierdooier met de slagroom en wat bouillon los, roer dit bij de
soep en laat de soep onder roeren binden, zonder hem echt aan de kook te brengen.
Hak de muntblaadjes fijn en roer ze bij de soep.
Breng de soep op smaak met een flinke draai zwarte peper en limoensap.
Halveer de komkommer in de lengte, schep de zaadlijsten eruit en rasp de helften grof boven de soep.
Serveer de soep direct, met nog wat verse munt ter garnering.
Daar smaakt in vieren gesneden (kort gebakken) shoarmabroodjes bij, gevuld met een grof gehakt mengsel van olijven, peterselie en tomaat.