Laat de rijst goed uitlekken en doe hem met het water in een steelpan.
Breng het aan de kook en roer het zout en de boter erdoor.
Laat het een minuut zacht koken.
Leg het deksel op de pan en laat de rijst 12-15 minuten sudderen.
Til in die tijd het deksel niet op.
Neem de pan van het vuur en laat hem 10 minuten afgedekt staan.
Maak intussen de overige ingrediënten schoon, snijd ze en zet ze klaar.
Verhit op half vuur in een pan de boter en bak de komijn- of karwijzaadjes erin tot ze knapperig zijn.
Voeg de uiringen, kaneel en kardemom toe en laat bakken tot de uiringen goudbruin zijn (4-5 minuten).
Roer vaak.
Voeg de garam masala toe, roer en laat een halve minuut sudderen.
Voeg de geraspte wortel, doperwten en zout toe, roer en laat 1-2 minuten sudderen.
Schep de rijst er voorzichtig door met een metalen lepel of een vork (een houten lepel of spatel kan de korrel pletten).
Neem de pan van het vuur.