Schrap de mosselen schoon en verwijder eventuele vezelachtige delen van de schelpen.
Spoel ze snel twee- tot driemaal zonder ze in water te laten weken.
Kook de mosselen in een grote kookpot met de gehakte ui, in stukjes gesneden selderij, zout en peper.
Wanneer alle schelpen open zijn, zijn de mosselen gaar.
Haal de mosselen uit de kookpot en verwijder ze uit hun schelpen.
Houd ze warm in een beetje van hun kooknat en filter het overige kooknat (ongeveer 3 dl) voor later gebruik.
Smelt 50 g boter in een pan en smoor de fijngehakte sjalotten zachtjes.
Voeg de schoongemaakte en gevierendeelde champignons toe en laat dit toegedekt koken tot de champignons hun vocht hebben afgegeven.
Strooi het meel over de champignons en meng goed.
Giet het gefilterde kooknat van de mosselen erbij en laat al roerend indikken tot een saus.
Voeg de room toe en roer goed door.
Proef de saus en voeg indien nodig extra peper en zout toe.
Voeg de afgegoten mosselen toe aan de saus en roer voorzichtig door.
Giet de bereiding in een ovenschaal en bestrooi met geraspte kaas en een beetje paneermeel.
Verdeel klontjes boter over de bovenkant en plaats de schaal in een hete oven.
Laat gratineren tot er een mooie goudbruine korst ontstaat.
Serveer direct met een schijfje citroen voor een frisse toets.
Notities / Tips / Wijnadvies
Een frisse, droge witte wijn zoals Muscadet of Gros-Plant past perfect bij dit gerecht, met hun lichte en mineralige tonen die de rijke smaken van de mosselen aanvullen.