Schil de gember.

Dit is best een karwei, want gember heeft veel zij scheuten met kleine hoekjes.

Snij de gember in kleine stukjes of plakjes, net wat je zelf het fijnst vindt.

Zet de stukjes gember net onder water en kook de stukjes zo’n 25-30 minuten op een zacht vuurtje.

Giet het vocht af en vang het op.

Gebruik van dit water 175 ml en voeg hier 400 gram suiker aan toe.

Roer het geheel goed door tot alle suiker is opgelost.

Voeg de stukjes gember toe in de nog hete suikersiroop en laat het 24 uur staan.

Breng de vloeistof opnieuw aan de kook en laat de siroop zo’n 2-5 minuten zachtjes koken. Zet het uit en laat het afkoelen.

Breng ondertussen in een andere grote pan water aan de kook.

Kook hier 1 grote of 2 kleine potjes zo’n 5 minuten.

Haal de potten voorzichtig met een tang uit het kokende water en laat ze ongeveer 2 minuten een beetje afkoelen voordat je de gember in het potje schept.

Zet de pot even op zijn kop en laat het zo’n 5 minuten staan.

Hierdoor sluit het deksel zich hermetisch en is de gember langer houdbaar.