Leg ze met de teentjes knoflook en de tijm in een pan.
Schenk olijfolie op de kip zodat deze net onderstaat.
Steek de thermometer in het dikke deel van het vlees.
Laat de kip op een niet al te hoog vuur zo gaar worden dat de kerntemperatuur 60 °C is.
Zet de pan in de oven.
Snijd de tomaten in blokjes en doe ze in een zeef.
Vul de holletjes van een eierdoos met rookmot.
Steek dit aan en zet dit in een vrij diepe pan.
Wacht tot de rookmot smeult.
Hang de zeef met tomaat in de pan en leg het deksel erop.
Rook de tomaat 3 minuten.
Neem de zeef uit de pan en doof de rookmot met water.
Meng voor de antiboise de tomaat met het basilicum, de koriander en naar smaak azijn, 50 ml kippenbouillon, peper, zout en olie waarin de kip is gegaard.
Steek rondjes uit de lasagnevellen en kook ze volgens aanwijzing op de verpakking.
Verwarm de kokosmelk met 100 ml bouillon.
Laat het beslist niet koken!
Bak de kipfilets in een scheutje olie bruin en bestrooi ze met grove zwarte peper en zout.
Halveer de little gems en bak ze heel even in een beetje olie.
Schenk de gembersiroop erover en laat dit even karameliseren.
Breng op smaak met balsamicoazijn en zout.
Schep een mooi randje van de antiboise op het bord.
Snijd de kipfilets in plakken en leg in het midden.
Leg een halve little gem op het bord.
Garneer met waterkers.
Schep de rest van de waterkers door de rest van de antiboise en verdeel ze met de lasagne over vier schaaltjes.
Klop de kokosmelk met de staafmixer schuimig en schep dit over de borden en schaaltjes.