Breng 5 dl water aan de kook met een snufje zout.

Voeg het kalkoenhalsje, maagje en hartje toe.

Pel een ui en voeg deze samen met een takje peterselie, laurierblaadje en peperkorrels toe aan de pan.

Laat het geheel 60 minuten zachtjes koken.

Zeef de bouillon en houd deze warm.

Kruid de kalkoen van binnen en buiten royaal met peper en zout.

Fruit de fijngehakte uien glazig in een pan met boter.

Hak de peterselie fijn en rooster de sneetjes brood.

Snijd het geroosterde brood in blokjes.

Meng de broodblokjes, kalkoensaucijzenvulling en een half kopje bouillon in een kom.

Voeg de gebakken ui en fijngehakte peterselie toe.

Breng op smaak met peper, zout, nootmuskaat en salie.

Vul de kalkoen losjes met het mengsel en naai het gat dicht met een grove steek.

Vet een braadpan in met boter en plaats de kalkoen erin met de borst naar boven.

Verhit de rest van de boter en giet dit over de kalkoen.

Dek de pan losjes af met folie en bak 2 1/2 uur in een voorverwarmde oven op 180 °C (gasstand 4-5).

Verwijder het folie 60 minuten voor

het einde van de braadtijd en bedruip de kalkoen regelmatig met de jus voor een knapperige

korst.

Pluk het vlees van de hals en hak dit fijn samen met de maag en het hart.

Haal de kalkoen uit de pan en leg hem op een verwarmde schaal.

Meng de rest van de bouillon door de jus.

Meng de maïzena met een beetje water in een kommetje en voeg dit, al roerend, toe aan de jus. Laat het geheel kort koken en voeg dan het gehakte vlees van de hals, maag en hart toe.

Breng op smaak met citroensap, peper, zout en salie.

Laat de saus nog even doorkoken.