Bak de uiringen in 1½ eetlepel van de olie al omscheppend in ± 5 minuten glazig.
Schep er de tijm en peper en zout naar smaak door en laat ze afkoelen.
Doe het bakmeel in een kom en roer er 1 theelepel zout door.
Maak een kuiltje in het midden en schenk er 1 eetlepel van de olie en 2 dl lauw water in.
Kneed met de mixer tot een soepel deeg.
Druk het deeg uit op de met bakpapier beklede bakplaat en druk het goed in de hoekjes.
Verdeel er de uien, de makreel en de tomaatjes over.
Bestrooi met de kaas en bak de taart in een voorverwarmde oven (200 °C) in ± 20 minuten lichtbruin en gaar.
Snijd de taart in stukken er serveer warm.