• Verwijder de graten uit de makreelfilet en snijd de filets eventueel in vier gelijke porties.
• De vis wordt vlak voor het serveren gebakken.
• Voor de gekonfijte zuurkool:
• Schil de pastinaak en de aardpeer en snijd ze in blokjes van ½ cm.
• Hak de kervelblaadjes zeer fijn.
• Verhit het vet of de boter met de jeneverbessen in een pan met dikke bodem en meng de zuurkool erdoor.
• Voeg de groenteblokjes toe en laat op zacht vuur ca.25 minuten garen.
• Roer af en toe door.
• Laat de zuurkool afkoelen en zeef het overtollig vet eruit.
• Verwijder de jeneverbessen en breng op smaak met peper en zout.
• Schep de kervel erdoor.

Voor het garnituur:

• Doe de bouillon met sjalot, knoflook en paddenstoelen in een dichte stoomovenpan en stoom op 90 °C gedurende 15 minuten.
• Doe het garnituur in een steelpan en bind het met bindmiddel tot het zo dik is als een lichtgebonden bouillon.
• Voeg de bieslook toe en breng op smaak met peper, zout en een scheut olijfolie.

Serveren:

• Verwarm wat roomboter in een koekenpan op de kookplaat en bak de makreel aan op de huidzijde.
• Zodra de huidzijde bruin en krokant is, omdraaien en op zacht vuur laten garen.
• Breng op smaak met peper en zout.
• Leg een smalle rechthoek van zuurkoolsalade op het bord.
• Leg de makreel er dwars op en garneer met het bospaddenstoelengarnituur.