Meng Armagnac met 50g poedersuiker en marineer de appelplakjes hierin gedurende 2 uur.

Laat de appelplakjes uitlekken en vang het vocht op.

Verwarm de oven voor op 225 °C.

Smelt de roomboter.

Bestrijk de plakjes filodeeg dun met gesmolten boter.

Bouw de taart op: leg 4 plakjes deeg in de vorm en verdeel over elk plakje deeg wat Armagnac-marinade en poedersuiker.

Draai elk deegplakje ten opzichte van het vorige plakje, zodat de punten verspringen en rondom de taart omhoog staan.

Leg op het vierde plakje deeg de helft van de appelschijfjes.

Druppel Armagnac over de appels en bestrooi met wat poedersuiker.

Leg daarop 2 deegplakjes (met Armagnac en suiker).

Plaats daarop de rest van de appelschijfjes en druppel ook deze weer met Armagnac en bestrooi met suiker.

Dek de taart als laatste af met de laatste 4 plakjes deeg en voeg steeds wat Armagnac en suiker toe tussen de lagen.

Leg de laatste 2 deegplakjes mooi 'verkreukeld' in de vorm.

Bestrijk de bovenste deeglaag met gesmolten boter en bestrooi met poedersuiker.

Bak de taart in het midden van de oven gedurende 15 minuten.

Verlaag de oventemperatuur naar 180 °C en bak nog eens 15 minuten.

Als de deegpunten te donker worden, de taart afdekken met aluminiumfolie.