Het grillen gebeurt in Turkije altijd op gloeiende houtskool. De temperatuur ervan is hoger dan die van de meeste electrische grills. Hierdoor schroeit het vlees meteen dicht, zodat het het sappigst blijft. Bovendien geeft de houtskool er een plezierig rokerig aroma aan. Tegen de rook tijdens het grillen gooien de Turken wat zout over de gloeiende kooltjes en dat doen ze dan vlak voordat het vlees op het rooster wordt gelegd. De dun afgesneden lamskarbonades zijn afkomstig van hele jonge lammeren. Op een houten vleesplank worden ze nog wat uitgeklopt en dan horen ze zo lang mogelijk in een marinade van olijfolie, citroensap, wat uiringen, zout en versgemalen peper te staan. De karbonades hoeven maar heel kort te worden geroosterd, want op de roodgloeiende kolen krijgen ze al gauw aan weerskanten een krokante bruine korst. Het best gelukt zijn lamskarbonades, die van buiten pittig bruin, maar van binnen nog sappig rozig zijn.