Kook de aardappelen gaar in de schil.

Giet het water af en laat de aardappelen afkoelen.

Meng de gezeefde bloem met zout en bakpoeder.

Maak een kuiltje in het midden en voeg het water toe.

Roer goed door tot je een glad beslag hebt.

Snijd de gekookte aardappelen in kleine blokjes en doe ze in een kom.

Voeg aan de gesnipperde ui, fijngehakte gemberwortel, pepers, korianderblaadjes, zout, versgemalen zwarte peper en citroensap toe aan de blokjes aardappel.

Meng goed en breng op smaak.

Maak je handen nat onder de kraan en vorm kleine balletjes van het aardappelmengsel.

Verhit de olie in de frituurpan.

Haal de aardappelballetjes door het beslag en frituur ze 3-4 minuten tot ze goudbruin zijn.

Zet het vuur niet te hoog.