Was de rozijnen en verwarm de rode wijn.

Voeg de pruimen toe en laat ze ca. 10 minuten zachtjes koken.

Haal de pan van het vuur en voeg de rozijnen toe.

Laat rozijnen en pruimen afkoelen.

Verwijder eventuele zakjes uit de buikholte van de kalkoen.

Haal het V-vormige wensbeentje eruit of vraag de poelier dit te doen.

Spoel de buikholte schoon en dep deze droog.

Bestrooi de binnen- en buitenkant van de kalkoen met peper en zout.

Vul de buikholte via de halsopening met het gehaktmengsel.

Duw de vulling goed aan en sluit de opening met cocktailprikkers of keukengaren.

Bedek de buik en poten met plakjes vetspek.

Zet de kalkoen afgedekt in de koelkast.

Laat de kalkoen 30 minuten op kamertemperatuur komen.

Verwarm de oven voor op 200°C (gasovenstand 4).

Smelt de boter in een steelpan.

Plaats de kalkoen op zijn rug in een braadslee, bij voorkeur op een rooster.

Schenk de gesmolten boter over de kalkoen.

Braad de kalkoen in 2-2 1/2 uur in de voorverwarmde oven, bedruip regelmatig met braadboter en rode wijn om het borstvlees mals te houden.

Verlaag de temperatuur na 30 minuten naar 175°C (gasovenstand 3).

De kalkoen is gaar als de poten gemakkelijk heen en weer kunnen bewegen.

Verwijder het vetspek en zet de kalkoen nog ca. 15 minuten terug in de oven om goudbruin te kleuren.

Neem de kalkoen uit de oven en laat hem - verpakt in aluminiumfolie - minstens 15 minuten

rusten alvorens aan te snijden.

Maak eventueel jus door de jus te zeven en de rest van de bouillon toe te voegen.

Breng op smaak met peper en zout.

Leg de kalkoen op een grote schaal, garneer met peterselie, en serveer.