Leg de witvisfilets in een ovenvaste schaal en besprenkel ze met citroensap.

Dek af met folie en pocheer ze 15 minuten in een voorverwarmde oven op 180°C tot de vis gaar is.

Laat de vis afkoelen.

Klop in een middelgrote kom het ei met zout en peper naar smaak.

Zeef het kikkererwtenmeel en voeg al kloppende toe tot een glad beslag ontstaat.

Voeg de fijngehakte chilipepers, ui en broodkruim toe aan het beslag en meng tot een stevige pasta.

Vorm hiervan circa 20 balletjes ter grootte van een abrikoos.

Verhit de olie in een diepe pan en frituur de visballetjes in porties gelijkmatig bruin.

Laat ze uitlekken op keukenpapier en houd ze warm in een voorverwarmde oven.

Voor de saus: Smelt de ghee in een grote pan en fruit hierin de gesnipperde ui en knoflook goudgeel op een matig vuur.

Voeg de pijpkaneel, laurierblaadjes, gemalen komijn, gemalen koriander, kurkuma en chilipoeder toe.

Roerbak nog 2 minuten.

Roer de tomatenpuree erdoor en breng al roerende aan de kook.

Voeg vervolgens langzaam de kippenbouillon en het citroensap toe.

Voeg ook de gedroogde kokos toe.

Laat de saus 10 minuten zachtjes pruttelen.

Maal de kardemompeulen en fenegriekzaad in een vijzel en roer ze door de saus.

Voeg de gefrituurde visballetjes toe aan de saus en laat nog 5 minuten zachtjes doorwarmen.