Verwarm de oven voor op 225°C.

Snijd de paprika’s in brede repen, meng ze met olijfolie en een snufje zout, spreid ze uit op een bakplaat en rooster ze 20 minuten in het midden van de oven.

Laat de geroosterde paprika’s afkoelen in een afgesloten plastic zak, verwijder vervolgens de zwarte velletjes met een scherp mesje en snijd ze in stukjes.

Verhit 1 eetlepel boter in een wok en laat de spinazie al omscheppend in ongeveer 5 minuten slinken.

Laat de spinazie vervolgens in een vergiet afkoelen en druk zoveel mogelijk vocht eruit.

Smelt 1 eetlepel boter in een kleine braadpan en fruit hierin de ui, knoflook en bleekselderij gedurende 2 minuten.

Voeg de risottorijst toe en bak al roerend 1 minuut mee.

Schenk de witte wijn in de pan en laat deze al roerend op matig vuur verdampen.

Voeg geleidelijk hete groentebouillon toe aan de rijst (voeg telkens een nieuwe scheut toe als de vorige door de rijst is opgenomen).

Laat de rijst onder regelmatig roeren in 20-25 minuten beetgaar worden.

Voeg de laatste 5 minuten de geroosterde paprika en spinazie toe aan de risotto.

Roer op het laatste moment de schapenkaas, 1 eetlepel boter, zout en peper door de risotto.

Leg een deksel op de pan en laat de risotto nog 2 minuten rusten.