• Meng de bloem, cacaopoeder, melk en eieren tot een glad beslag.
• Verhit de boter in een koekenpan en bak 8 flensjes van het beslag.
• Verwarm de flensjes en vul ze met het ingemaakte fruit.
• Strooi geraspte chocolade over de gevulde flensjes.
• Verwarm de Armagnac in een soeplepel en steek deze aan.
• Schenk de brandende Armagnac over de gevulde flensjes voor het flambeereffect.
• Serveer de flensjes met een bolletje vanilleroomijs en het ingemaakte rood fruit.

• Was de venkel, maak schoon en snijd in plakken van ongeveer 1 cm dik.
• Halveer de plakken.
• Kook de venkelplakken in gezouten water voor ongeveer 8 minuten, tot ze beetgaar zijn.
• Laat uitlekken in een zeef.
• Snijd de eendenborstfilet in reepjes van ongeveer 2 cm breed en bestrooi met zout en peper.
• Verhit 1 eetlepel olie in een wok op hoog vuur en bak de eendenborstreepjes al omscheppend gedurende 2 minuten tot ze bruin zijn.
• Schep uit de pan en zet apart.
• Voeg de resterende olie toe aan de wok en bak de venkelplakken en sjalot al omscheppend gedurende 5 minuten tot ze bruin zijn.
• Voeg de reepjes eendenborst, pruimen en 1 dl water toe aan de wok en breng aan de kook.
• Roer de allesbinder erdoorheen en blijf roeren tot de saus licht gebonden is.
• Breng het geheel op smaak met zout en peper en serveer.

• Week de pruimen minimaal 6 uur in de port.
• Fileer de eendenborst en snijd hem langs de zijkant als een envelop open.
• Bestrooi de binnen- en buitenkant met peper en zout.
• Doe de fond, 1/8 liter port, sinaasappelsap, citroensap, sjalotje, knoflook, gembersiroop, marmelade, laurierblad, tijm en peper en zout in een pan.
• Breng aan de kook en laat inkoken tot 3/4 (ongeveer 20 minuten).
• Vul de eendenborst met de pruimen en prik dicht met houten prikkertjes.
• Kook de tagliatelle en laat met een klontje boter in een dichte pan nagaren.
• Verhit 50 g boter in een pan en bak de eendenborst rondom bruin in 3-4 minuten.
• Neem het vlees uit de pan en houd het warm in folie.
• Voeg de saus bij het bakvet en breng kort aan de kook.
• Roer van het vuur af de rest van de boter erdoor.
• Snijd de eendenborst in plakken en serveer met de tagliatelle en een beetje saus, geef de rest van de saus apart erbij.

• Zeef het rijstmeel in een kom, maak een kuiltje in het midden en voeg de eierdooier, olie, kokosmelk en een snufje zout toe.
• Klop tot een glad beslag.
• Dek af en laat 30 minuten in de koelkast rusten terwijl je de saus bereidt.
• Verhit olie in een wok en bak knoflook, rode peper en gemberwortel tot ze zacht en geurig zijn.
• Voeg tomatenpuree, chilipoeder, chilisaus, sojasaus, rijstwijn, water, suiker, zout en zwarte peper toe.
• Breng aan de kook en laat op laag vuur sudderen terwijl je de vis bereidt.
• Snijd de vis in blokjes en controleer op eventuele achtergebleven graten.
• Klop het eiwit stijf en spatel het door het beslag.
• Dompel de visblokjes in het beslag en bak ze in hete olie tot ze knapperig en goudbruin zijn.
• Laat uitlekken op keukenpapier en houd warm.
• Voeg de gebakken visblokjes toe aan de saus, verwarm kort en serveer direct.

• Kook de aardappelen gaar in water met zout en saffraan.
• Verwijder eventuele harde stelen van de spinazie.
• Verhit de olijfolie in een grote pan en bak hierin de sinaasappelrasp gedurende 1 minuut.
• Voeg de spinazie toe met aanhangend water en laat omscheppend slinken.
• Breng de spinazie op smaak met zout en peper.
• Houd 4 kleine toefjes dragon apart en hak de rest van de dragonblaadjes fijn.
• Smelt de smeerkaas in een pan en roer de melk en fijngesneden dragon erdoor.
• Breng de kaassaus op smaak met peper en zout.
• Bak de tonijnsteaks in een pan gedurende 4 minuten per kant bruin, maar zorg ervoor dat ze van binnen rosé blijven.
• Verdeel de aardappelen en spinazie over 4 borden en leg de tonijnsteaks er bovenop.
• Schep een lepel kaassaus over de tonijn en garneer met de achtergehouden dragon.
• Maal versgemalen peper over het gerecht.

• Maak een boemboe (kruidenpasta) van knoflook, trassi en djahe.
• Verhit wat olie in een wok of grote koekenpan en fruit de kruidenpasta tot geurig.
• Voeg de gesneden ui toe en bak deze tot ze zacht zijn.
• Voeg de garnalen en het varkensvlees toe, breng op smaak met versgemalen peper en Thaise vissaus.
• Roerbak gedurende 1 minuut op hoog vuur en verlaag dan de temperatuur.
• Voeg de taugé, sojasaus en bieslook toe en roerbak nog 2 minuten tot de taugé knapperig is maar nog wel knapperig.
• Indien gewenst, kun je de saus iets binden met een bindmiddel zoals maïzena vermengd met water.
• Serveer onmiddellijk, het liefst gloeiend heet.

• Snijd de tofu in plakjes van ½ cm dik.
• Klop de eieren los in een kommetje.
• Hak de lente-ui en gember fijn.
• Maak een sausje van 2 dl groentebouillon, 1 eetlepel sherry, 1 eetlepel sesamolie en een snufje zout.
• Haal de plakjes tofu door de bloem en vervolgens door het losgeklopte ei.
• Verhit 2 eetlepels olie in een koekenpan en bak de tofu in gedeelten aan beide kanten goudbruin.
• Voeg alle gebakken tofu terug toe aan de pan, samen met het sausje, de lente-ui en gember.
• Laat het geheel 5 minuten pruttelen tot de saus is ingedikt.

• Verwijder eventuele bruine blaadjes en vuil van de spruitjes.
• Halveer ze (of snijd grote spruitjes in vieren).
• Verhit een klontje boter of een scheutje olie in een koekenpan op middelhoog vuur.
• Voeg de spekblokjes toe en bak ze kort aan tot ze knapperig worden.
• Voeg de gehalveerde spruitjes toe aan de pan en meng ze goed met het spek.
• Bak de spruitjes op laag vuur, afgedekt met een deksel, tot ze gaar zijn.
• Roer regelmatig om.
• Na ongeveer tien minuten zijn de spruitjes gaar en klaar om te serveren.
• Serveer de spruitjes met een lekker stukje runderworst en gekookte aardappels of puree.

• Verwarm de oven voor op 200°C.
• Spoel de quinoa af onder koud water en kook het vervolgens volgens de instructies op de verpakking in groentebouillon.
• Leg de gesneden groenten op een bakplaat, besprenkel met olijfolie en bestrooi met paprikapoeder, komijnpoeder, knoflook, zout en peper naar smaak.
• Hussel alles goed door elkaar.
• Rooster de groenten in de voorverwarmde oven gedurende 20-25 minuten, of tot ze zacht en licht gebruind zijn.
• Meng de geroosterde groenten door de gekookte quinoa.
• Garneer met verse kruiden en serveer warm.

Voorbereiding:

• Kook de zuurkool met wat water en boter tot deze beetgaar is.
• Leg de plakken ontbijtspek op een bakplaat met siliconen en droog ze 20 minuten in een oven op 120 graden Celsius tot ze krokant zijn.
• Verkruimel het spek vervolgens.

Zuurkoolmayonaise:

• Pureer 150 gram van de beetgare zuurkool in een keukenmachine met de eidooiers en mosterd.
• Voeg langzaam, druppel voor druppel, de maisolie toe tot een dikke mayonaise ontstaat.
• Breng op smaak met zout en peper.

Buikspek:

• Wrijf het buikspek in met peper, versgemalen peper en kleurzout.
• Plaats het spek, samen met de gevogeltefond, schoongemaakte wortel, ui, prei, laurier en kruidnagel in een plastic zak en trek vacuüm.
• Kook het spek gaar in water van 90 graden Celsius.
• Snijd het buikspek vervolgens in 32 plakken.

Bereiding van het Gerecht:

• Maak de tongfilets droog.
• Leg op elke tongfilet een plak buikspek.
• Bak de tongfilets in olie met de spekzijde naar beneden tot het spek krokant is.
• Verwarm de resterende zuurkool.

Dresseren:

• Leg de tongfilets met het spek naar boven op borden.
• Schep wat verwarmde zuurkool langs de filets.
• Voeg een lepel zuurkoolmayonaise toe op het bord en bestrooi met het verkruimelde spek.
• Garneer met tuinkers.